Filosofische discussie of boerenbedrog?

Naar aanleiding van Filosofisch kwintet 8 juli 2012

Bij de vraag: “wat is beeldvorming, wat is werkelijkheid?” dienen we volgens Clairy Polak te denken “aan de veelgehoorde klacht dat Poolse vrachtwagenchauffeurs of bouwvakkers ons werk inpikken, of dat wij moeten bezuinigen om de Grieken en Spanjaarden te redden.” Het dedain waarmee Polak deze woorden uitsprak, zegt meer dan genoeg of de richting van waaruit de wind in deze uitzending waait. Lees verder “Filosofische discussie of boerenbedrog?”

Systeemfout valt niet weg te abstraheren

Naar aanleiding van Filosofisch kwintet 1 juli 2012

De verzorgingsstaat staat met name onder druk omdat ze een aanzuigende werking heeft op immigranten die niet echt de ambitie hebben om via werk hun brood te verdienen. Vergeet ook niet dat immigranten oververtegenwoordigd zijn bij de diverse uitkeringen. Nu kun je wel zeggen: omdat we de discussie op naar filosofisch niveau willen tillen, abstraheren we van deze concrete situatie. Het betreft hier echter een belangrijke systeemfout van de verzorgingsstaat, en die hoort wel degelijk in een filosofische discussie thuis. Een al te gemakkelijk beroep van immigranten op de verzorgingsstaat ondermijnd namelijk het principe van onderlinge solidariteit en daarmee de verzorgingsstaat als concept.

Met “lekker puh” neem je de PVV de wind niet uit de zeilen

Dagenlang leefde het land in een opgewekte roes van wittebrooddagen. Dit vanwege het wandelgangenakkoord. Na anderhalf jaar lijken we verlost van de PVV. Belangrijker evenwel lijkt mij dat D66 en vooral GroenLinks zich bevrijdt hebben van de PvdA, met wie het moeilijk onderhandelen is. Bij Pauw en Witteman van 27 april 2012 zegt Pechtholt dat het politieke midden hersteld is. Het wonderbaarlijke is dat Sap, daarbij bevestigend knikt. Lees verder “Met “lekker puh” neem je de PVV de wind niet uit de zeilen”

Tofik Dibi liegt als hij zegt dat Mauro niet liegt

Naar aanleiding van Pauw & Witteman, 4 april 2012

De minister mag niet liegen maar Tofik Dibi wel. Hij zegt namelijk in Nieuwsuur van zaterdag 31 maart ‘dat niet Mauro maar de minister gelogen heeft.’ Maar zo zit de vork niet in de steel! Onafhankelijk van oordeel of de minister een verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven, staat vast dat Mauro bij zijn asielaanvraag heeft gelogen over zijn naam en zijn geboortedatum. Lees verder “Tofik Dibi liegt als hij zegt dat Mauro niet liegt”

Bedenkingen bij het antinationalisme van Guy Verhofstadt

“Ik ben antinationalist in hart en nieren.” Met deze uitspraak van Guy Verhofstadt begint de zesde aflevering van Zomergasten 2011 en hij maakt deze uitspraak volledig waar. Ik vraag me evenwel af hoe je je kan opwerpen als leider van een natie – bij wet, koning, vaderland zweren dat je de belangen van die natie zal behartigen  – en je dan toch antinationaal noemen? Zijn antinationalisme blijkt op twee benen te staan: Op pro-multiculturalisme en op pro-europeanisme. Lees verder “Bedenkingen bij het antinationalisme van Guy Verhofstadt”

Bij scheiding der machten is er geen macht in laatste instantie

Naar aanleiding van Het filosofisch kwintet, 3 juli 2011 

Niet zozeer “doorgronden in plaats van twistgesprek” als wel “doorgronden door middel van twistgesprek” zou het motto van Het filosofisch Kwintet moeten zijn. In ieder geval kwam deze derde aflevering goed uit de verf doordat Baudet de open confrontatie met Thomassen en Hirsch Ballin aandurfde. Lees verder “Bij scheiding der machten is er geen macht in laatste instantie”

Wijffels gebruikt de juiste uitgangspunten maar trekt verkeerde conclusies

De heer Wijffels wordt in de uitzending van 19 september 2010 van Buitenhof gepresenteerd als een wijs man. Des te vleiender voor mij dat hij gebruik maakt van een eerder door mij gelanceerd model om het politieke speelveld langs twee of drie assen te verdelen. Een korte versie van de tweeassige versie staat vermeld  op de website van Buitenhof als reactie van de kijker op de uitzending van 25 oktober 2009. Ook de aard van de assen is dezelfde, al gebruikt Wijffels andere namen. Naast de traditionele links-rechts as noemt Wijffels de sociaal-culturele as, waaronder ondermeer immigratie en integratie vallen. Ik duid deze as aan de hand van de polen nationaal-internationaal. De duurzaamheids-as heb ik eerder aangeduid met de tegenstelling tussen grijs-groen.

Hoewel de heer Wijffel dus hetzelfde denkkader gebruikt als ik, komt hij tot andere conclusies. Om te beginnen merkt hij niet op dat een combinatie van links beleid met een steviger beleid ten aanzien van immigratie/integratie onmogelijk is omdat links (SP, PvdA, GroenLinks en D’66) onderhandelingen met de PVV over een regeerakkoord uitsluit. Een steviger immigratie/integratie-beleid moet dus wel over rechts. Verhagen wordt door links als het ware naar rechts gedreven.

Verder ben ik minder somber over medewerking door het CDA aan een kabinet met gedoogsteun van de PVV dan Wijffels, en wel om twee redenen: (1) Omdat de PVV niet deelneemt aan het kabinet is de rechtsstatelijkheid van het te voeren beleid gewaarborgd. De PVV heeft weliswaar invloed op het beleid, maar zit niet aan de knoppen. Ook vanuit conservatief oogpunt bezien, is dit te verdedigen omdat de PVV immers een te jonge partij is om haar nu al regeringsmacht te geven. (2) Hoewel er nog geen onderhandelingsresultaat ligt, is het mijn inschatting dat het met de rechtsheid van het te verwachten beleid wel mee zal vallen. De VVD is in weerwil van de verkiezingsretoriek niet zo’n heel rechtse partij en bovendien zullen zowel CDA als PVV beiden hun krachten aanwenden om de VVD-eisen op diverse punten verder naar het midden toe bij te stellen.

Ook over wat de electorale consequenties zijn voor het CDA van een kabinet met gedoogsteun van de PVV verschil ik van mening met de heer Wijffels. Volgens mij zou het best eens zo kunnen zijn dat de PVV voor kiezers minder aantrekkelijk wordt naarmate een steviger immigratie/integratie-agenda meer wordt uitgevoerd. Wat wel nodig is, is dat het CDA blijft staan voor de genomen beslissingen en niet in een daaropvolgend kabinet de touwtjes weer evenzo lief overgeeft aan de links, zoals Balkenende heeft gedaan. Het CDA moet zich consequenter profileren als een conservatieve partij, hetgeen iets anders is als een rechtse partij, en ook iets anders dan een ouderwetse partij.

Door het politieke speelveld langs twee assen ofwel vier kwadranten te verdelen, erkent Wijffels dat de PVV een punt heeft. Ook hij spreekt zich uit voor een steviger beleid op het gebied van immigratie en integratie. Hoe evenwel met de huidige verkiezingsuitslag en de boycot van de PVV door links, aan dit punt vorm te geven?

Het CDA zou moeten proberen de postmoderne kiezer aan te spreken, niet alleen omdat daar de meeste electorale winst te halen is, maar ook omdat het postmodernisme in essentie een conservatieve filosofie is.

Open brief aan Job Cohen

4 mei 2010

Geachte Job Cohen,

In uw verklaring van 12 maart waarmee u zich kandidaat stelt als lijsttrekker van de PvdA, zegt u op zoek te zijn naar balans tussen oude en nieuwe Nederlanders, en tussen internationale oriëntatie en nationaal belang. De vraag is waar u die balans denkt te vinden. U als den-uyliaan denkt daar waarschijnlijk anders over dan ik als dreesiaan. Lees verder “Open brief aan Job Cohen”

Clairy Polak snapt het niet

Clairy Polak vraagt zich in de NOVA-reportage “Wat kost immigratie” van donderdag 8 april 2010 (zie novatv.nl) af waarom verschillende onderzoeken naar het saldo van kosten en baten van immigratie diametraal tegenovergestelde uitkomsten bieden. Volgens Elsevier kwam dit saldo in 2009 op minus 12,7 miljard euro uit. Het centraal Planbureau kwam in 2003 op minus 6 miljard per jaar uit maar liet een aantal kostenposten buiten beschouwing. Peter Nijkamp, hoogleraar stedelijke economie aan de VU, die in opdracht van pleitbezorger voor een multiculturele samenleving Forum onderzoek deed, komt daarentegen op een positief saldo uit. Nijkamp zegt in NOVA niet onder de indruk te zijn van de onderzoeken met een negatieve uitkomst. Hij ziet geen enkele reden te zien om negatief te zijn over de instroom van de migranten.

Dat Nijkamp tot een positief saldo komt, heeft er alles mee te maken dat hij een andere norm gebruikt. Waar het Centraal Planbureau en Elsevier keken naar het saldo ten opzichte van de collectieve sector daar kijkt Nijkamp naar de invloed van immigratie op het nationaal product. Hoe deze normen te beoordelen?

De cijfers van Nijkamp zullen heus wel kloppen, maar leiden toch tot een totaal verkeerde conclusie. Wat Clairy Polak, en met haar de NOVA-redactie, niet in de gaten heeft, is dat het nationaal product in dit geval als norm erg misleidend is. Toename van het nationaal product als gevolg van immigratie betekent namelijk niet eens dat door de immigranten überhaupt een productieve bijdrage wordt geleverd, en al helemaal niet dat het bestaande deel van de Nederlandse bevolking voordeel heeft bij de komst van immigranten.

Stel bijvoorbeeld het theoretische geval dat Nederland jaarlijks een instroom van 100.000 immigranten heeft, die allemaal bij de overheid aankloppen voor een uitkering. Geen enkele immigrant levert in dat geval dus productieve arbeid. Dan nog is de kans groot dat hierdoor het nationaal product zal stijgen. Worden de extra uitkeringen bijvoorbeeld gefinancierd door de staatschuld te laten oplopen (of minder te laten dalen), dan betekenen die uitkeringen aan immigranten een extra stimulering van de vraagkant van de economie die zal leiden tot een hoger nationaal product. Kan er niet meer geproduceerd worden omdat er sprake is van hoogconjunctuur, dan nog zal het nationaal product stijgen als gevolg van prijsstijgingen, hetgeen natuurlijk zeer onwenselijk is. Worden de extra uikeringen gefinancierd door de belastingen van de werkende beroepsbevolking te verhogen, ook dan is niet uitgesloten dat het nationaal product zal stijgen omdat het namelijk waarschijnlijk is dat immigranten die een uitkering ontvangen een kleiner deel van hun inkomen zullen sparen dan de mensen die het bedrag van de uitkeringen via belasting moeten betalen. Dus zelfs als de immigranten geen enkele productieve bijdrage leveren en de belastingbetaler het gehele inkomen van de immigranten betaald, dan nog zal de vraag naar goederen stijgen waardoor het nationaal inkomen en dus het nationaal product ook stijgen, als we er ten minste vanuit mogen gaan dat de werkende belastingbetaler zich niet laat ontmoedigen in zijn arbeidzaamheid door de verhoogde belastingdruk (Laffer-curve).

Er is dus niet veel voor nodig om het nationaal product te laten stijgen. Dat het nationaal product door immigratie stijgt, wil echter allerminst zeggen dat we daar gemiddeld per inwoner rijker van worden. Het door immigratie toegenomen nationaal product moet namelijk gedeeld worden door het aantal mensen. Niet alleen de teller maar ook de noemer stijgt dus door immigratie. En als de noemer sneller stijgt dan de teller, dan blijft er per inwoner juist minder over. Dat onwelgevallige “detail” noemt Nijkamp evenwel niet. Hij heeft het in de reportage enkel over nationaal product en in het geheel niet over nationaal product per inwoner. In de praktijk zal het best zo zijn dat een deel van de immigranten productieve arbeid levert. Even waarschijnlijk is het evenwel dat de toename van de productie door immigratie is niet voldoende om de toename van het aantal inwoners door immigratie te compenseren. Per saldo blijven we dus jaarlijks armer door immigratie dan dat we zonder immigratie geweest zouden zijn.

In de reportage is zichtbaar hoe Nijkamp probeert de kijker wijs te maken dat de andere onderzoeken enkel gaan over de kosten en niet over de baten van immigratie. Als dat mislukt omdat Clairy Polak – op dit punt was de reportage wel goed voorbereid – dit tegenspreekt, gooit hij het behendig over een andere boeg, en pleit er hij ervoor om het nationaal product vooral “breed” op te vatten. Daarmee zet hij de deur wagenwijd open voor allerlei dubieuze en oncontroleerbare “correcties” waarmee de uitkomsten naar believen in de gewenste richting kunnen worden bijgesteld. Dan kom je bij redenaties terecht in de trant van: Criminaliteit is goed voor de economie, want het levert extra werkgelegenheid in gevangenissen op.

Wat Nijkamp niet uitlegt is wat er nu eigenlijk mis zou zijn met de norm die het Centraal Planbureau, Elsevier en wellicht ook Nyfer hanteert. Door te kijken naar het saldo ten opzichte van de collectieve kosten krijg je mijns inziens een heel aardig beeld van wat immigratie de Nederlandse belastingbetaler jaarlijks kost. Zeker in de huidige discussie over structurele bezuinigen van 29 miljard, zijn de jaarlijkse kosten van immigratie van 6 tot 12,7 miljard perfect inpasbaar. Deze cijfers maken het de burger volstrekt duidelijk over welke orde van grootte het eigenlijk gaat.

Ik vraag me trouwens af of het juist deze duidelijkheid is, die door Nijkamp in opdracht van Forum bestreden moet worden? Bevalt de bestaande de norm soms vooral niet omdat de uitkomsten in dat geval niet in het straatje van opdrachtgever Forum passen? Dient de opdracht van Forum er soms toe de burger in naam van de wetenschap zand in de ogen te strooien met een norm die altijd positief uitpakt?

Postmoderne rechter boezemt angst in

Naar aanleiding van Buitenhof, 24 januari 2010

Het gaat niet enkel om of een uitspraak waar is, maar om de context waarin een uitsrpaak, waar of niet waar, gedaan wordt, om uit te maken of het om discriminatie of haat zaaien gaat, is de strekking van het verhaal van Désanne van Brederode. Als dit het enige criterium is, dan ben ik bang dat de rechtspraak in postmodernistisch vaarwater terecht komt. Lees verder “Postmoderne rechter boezemt angst in”

Over hoe discriminatie en haat zaaien wettelijk te verankeren

Advocate Els Lucas pleit in NOVA, 20 januari 2010 voor het proces tegen Wilders, omdat ze vind dat de rechter duidelijk moet maken waar de grens ligt. De rechter dient zijn overwegingen mee te geven hoe hij tot zijn grensbepaling komt. Als schot voor de boeg wil ik proberen voorafgaande aan een mogelijke uitspraak door rechter tot een dergelijke grensbepaling te komen. Lees verder “Over hoe discriminatie en haat zaaien wettelijk te verankeren”

Een mens hoeft geen engel te zijn

Thomas von der Dunk sleept zo ongeveer de hele wereldgeschiedenis erbij om Bolkestein van repliek te dienen als deze zich afvraagt waarom een rechter in Nederland een tramconducteur verbiedt een kruisje te dragen, terwijl zijn vrouwelijke moslimcollega’s wel hun door de werkgever verstrekt hoofddoekje mogen dragen (Artikelen zijn niet terug te vinden op de site van de Volkskrant, maar wel een artikel dat naar beide stukken verwijst). Van der Dunk presenteert hier een omgekeerde chaostheorie. Hij verklaart het klappen van de vleugels van een vlinder ergens op een grashalm, uit alle stormen die sinds mensenheugenis over de wereld razen. Lees verder “Een mens hoeft geen engel te zijn”

Molukkers erkent als partij in het conflict

Naar aanleiding van Nova, 7 januari 2010

Zelfs beroeps-mulitculturist Sadik Harchaoui bekende tegen het einde van het interview dat er sprake is van een groepstegenstelling. De Molukkers in Culemborg hebben het toch maar mooi klaargespeeld om partij te zijn in het conflict. Dat heeft zijn voordelen. Als een Nederlander slachtoffer was geweest, dan was dit niet gebeurd.  Dan zouden de slachtoffers als individu behandeld worden en daardoor alleen blijven staan. Dan zou alleen de gemeenschap van de daders gesprekspartner van de overheid zijn, hetgeen zou leiden tot een boterzachte aanpak van de daders en  allerlei aantrekkelijke toezeggingen aan de gemeenschap waar de daders deel van uitmaken.

 

Molukkers laten zich niet wegcijferen

Naar aanleiding van Nova, 5 januari 2010

Onrendabelen zijn ook mensen. Het is een teken van beschaving als een maatschappij zorg voor hen draagt. Iedere samenleving zal zo zijn onrendabelen hebben. Er zullen altijd mensen zijn die nu eenmaal minder goed in het sjaboon van productieve arbeid passen. Dat hoef je die mensen ook niet te verwijten. Ze torsen sowieso het lot mee van een minder succesvol leven.

Het probleem in Nederland is evenwel dat het aandeel aan onrendabelen kunstmatig vergroot is door immigratie. Lees verder “Molukkers laten zich niet wegcijferen”

Een 1,8 voor Nederland en een 9,5 voor Marokko

Naar aanleiding van Nova, 12 december 2009

Wouter Bos zet op het PvdA-congres wederom vol in op de multiculturele samenleving. Ook de dubbele nationaliteit is geen probleem wat hem betreft. Daar wil ik dan aan toevoegen dat het ook niet  de oplossing van het integratievraagstuk heeft gebracht.

De in Nederland woonachtige jongens met een Marokkaans paspoort (veelal zijn dat in Nederland geboren jongens die dus ook over een Nederlands paspoort beschikken) geven een score van 0,7 op een schaal van 0 tot en met 4 op de vraag “Ik zie mezelf als Nederlander.” Omgerekend naar een rapportcijfer (schaal van 0 tot en met 10) betekent dit een 1,8 voor hun Nederlanderschap. De vraag “Ik zie mezelf als Marokkaan” waardeert dezelfde groep daarentegen met een 3,8 op een 0 tot en met 4 schaal , ofwel als rapportcijfer een 9,5. Let wel, het gaat hier niet enkel over de zogenaamde Marokkaanse rotjochies. Deze cijfers betreffen alle Marokkaanse jongens in Nederland, dus ook degenen die het goed doen.

Een 1,8 dus voor hun Nederlanderschap en een 9,5 voor hun Marokkaanse afkomst. Mag ik uit deze cijfers de conclusie trekken dat, achteraf gebleken,  de maatregel om de dubbele nationaliteit toe te kennen  tenminste in het geval van Marokkaanse immigranten niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd?

 

Bron::Stevens, G.; Veen, V. en Vollebergh, W. (2009).Marokkaanse jeugddelinquenten: een klasse appart? onderzoek naar jongens in preventieve hechtenis met een Marokkaanse en Nederlandse achtergrond. Den Haag: Nicis Institute.

Eigen belangen uitonderhandelen

Naar aanleiding van Nova, 16 november 2009

De opkomst van de Nederlandse Moslim Partij, daar zullen ze bij de PvdA blij mee zijn. Alles maar dan ook alles hebben ze uit de kast gehaald om de allochtone medemens als kiezer voor zich te winnen. En nu richten zij gewoon hun eigen partij op.

Opvallend is trouwens hoe goed die NMP en PVV het in Venlo met elkaar kunnen vinden. Natuurlijk kunnen toevallige omstandigheden daarbij een rol spelen, maar van de andere kant: Als iedereen gewoon voor zijn eigen belang uitkomt, dan ontstaat er vanzelf een situatie waarin de diverse belangen uitonderhandeld kunnen worden.

Staatsondermijnend internationalisme

Pieter Waterdrinker in NRC in een reactie op Geert Mak zegt: krijgt de indruk dat veel Wilders-aanhangers zich meer opwinden over buitensporige salarissen in de publieke sector dan over de problematiek rond immigratie en integratie. Daarmee neemt Waterdrinker zijn politieke tegenstanders niet serieus. Problemen met immigratie en integratie is immers een constante die over decennia steeds weer worden opgevoerd vanuit diverse politieke stromingen. Ontken dat nou niet, zou ik willen zeggen.

Meindert Fennema, die ook op het artikel van Geert Mak reageert, erkent de problematiek wel als hij zegt: “De werkelijkheid is anders. Wij weten dat in ieder geval vanaf 1994 – als er betrouwbare cijfers beschikbaar zijn – de meerderheid van de Nederlandse bevolking voor beperking van de immigratie is en dat diezelfde meerderheid van de immigranten eist dat zij zich aan onze cultuur aanpassen.”

Door te spreken van “de nieuwe, gemuteerde nationalistische pest” zet Waterdrinker wederom iedere vorm van nationalisme in het verdomhoekje. Dit terwijl iedereen die de nationale staat erkent eigenlijk nationalist is. Natuurlijk kent het nationalisme zijn uitwassen. Toch is het als dragend principe van onze samenleving, niet te ontkennen.

Internationalisme daarentegen is in zijn wortels een principe dat de nationale staat ondermijnt. Volgens de Marxistische leer betekent het dat arbeiders aller landen een dusdanig grote macht vormen, dat zij staten omver kunnen werpen om zo de felbegeerde dictatuur van het proletariaat te kunnen vestigen. Internationalism is dus in essentie staatsondermijnend.

In de immigratiepolitiek sinds het kabinet Den Uyl zijn sporen zichtbaar van dit staatsondermijnende internationalisme. Ik verdenk Den Uyl en consorten er van dat zij via immigratie een nieuwe onderklasse hebben willen creëren. Door deze nieuwe onderklasse aan zich te binden, hoopten ze kunstmatig een linkse meerderheid te creëren. De demografie van een land te veranderen om je politieke zin te krijgen, noem ik staatsondermijnend.

Pas toen na lange tijd, de PvdA weer in het kabinet zat, kon het karwij van Den Uyl afgemaakt worden. Door het toestaan van een dubbele nationaliteit voor grote groepen immigranten, wist men van hen in de jaren 90 stemmers te maken. Sindsdien vallen vooral de pogingen van de PvdA op, om bij de immigrantenpopulaties in het gevlei te komen, met als voorlopig hoogtepunt: een staatsecretaris voor immigratie met een dubbele nationaliteit.

Onverwarmde toiletten

Naar aanleiding van Nova, 6 november 2009 

De toiletten in de tenten voor asielzoekers zijn onverwarmd. Dat is de voornaamste klacht. Wat erg! In het ouderlijk huis van mijn moeder was het toilet niet in het huis maar achter het huis. Ook onverwarmd. Kun je nagaan wat mijn familie toen hartje winter geleden moeten hebben!

Wat Van der Laan bevreesd , staat voor Cohen al vast

Naar aanleiding van Nova, 2 november 2009 

Burgemeester Cohen viel Pators fors in de rede, maar de reden daartoe bleek gebakken lucht. Cohen refereerde namelijk naar een interview met de ook aanwezige Van Laan, dat Cohen – naar eigen zeggen – zelf niet gelezen had. Van der Laan zou in dat artikel uitleggen waarom het zo is dat Wilders de rechtstaat bedreigt. De kop suggereert inderdaad iets dergelijks: ‘Grote aanhang PVV bedreigt de rechtstaat’. Maar, als zo vaak beloven krantkoppen net iets meer dan ze waarmaken. Van der Laan is enkel bevreesd dat een grote aanhang van de PVV de rechtstaat bedreigt. Hij noemt het een kwestie van ‘better be save then sorry’. Eigenlijk geeft Van der Laan een stemadvies: Stem niet op de PVV want, als ze aan de macht komen, dan weet je maar niet wat er met de rechtstaat gebeurd. Wat Vander Laan nog bevreesd, staat voor Cohen al vast. Een merkwaardige vorm van selffulfilling prophecy.

Drees bevrijdde zich van Den Uyl

Naar aanleiding van Nova, 26 oktober 2009 

Het is goed als de PvdA zich heroriënteert op Drees. Dat mag wel eens een keer na 40 jaar in Den Uyliaans vaarwater te hebben verkeerd. Maar als de PvdA zich heroriënteert op Drees, dan moet ze dat ook conform de feiten doen. Bos geeft Jong Socialisten groot gelijk als deze beweren: ‘Drees was van ons en blijft van ons.’ Is deze JS-ers dan nooit vertelt dat Drees willens en wetens de PvdA verlaten heeft, niet omdat Drees van mening veranderde, maar omdat de PvdA onder aanvoering van Den Uyl en onder invloed van Nieuw Links radicaal van koers veranderde? Tegen eenieder die de PvdA durft te beschuldigen van het aantasten van de erfenis van Drees, zegt Bos: ‘Afblijven!’ Alsof Drees het persoonlijk bezit is van de PvdA. Bos wil Drees postuum aan de PvdA ketenen, terwijl deze zelf besloten heeft, zich van die ketenen te bevrijden.

Nieuw Links zou trouwens beter Oud Links hebben kunnen heten want allerlei verouderde ideeën werden opnieuw uit de kast gehaald. Zo diende er gestreefd te worden naar een linkse meerderheid opdat het marxistische idee van een ‘dictatuur van het proletariaat’ eindelijk bewaarheid zou worden. Het vermoeden bestaat zelfs dat men er binnen de PvdA niet voor terugschrok om ter wille van de versterking van de onderklasse op grote schaal immigratie toe te staan. Drees was overigens geen voorstander van immigratie.

Immigratie om een linkse meerderheid te creëren?

Naar aanleiding van Buitenhof, 11 oktober 2009 

Hoe zij Clairy Polak dat nog eens? ‘Ressentiment richt zich op minderheden, terwijl de essentie van democratie nu juist is om minderheden tot hun recht te laten komen.’ Probleem is evenwel dat bij de tientallen jaren aanhoudende immigratie het volk (demos) van de democratie voortdurend wordt herdefinieert.

Je kunt de situatie vergelijken met een wachtkamer in een ziekenhuis waar de regel geldt: ‘De patiënten die er het ernstigs aan toe zijn worden als eerste geholpen.’ Uit solidariteit accepteer je een aantal keren dat patiënten die na jou gekomen zijn voorrang krijgen. Op een gegeven moment bemerk je evenwel dat er alsmaar meer ernstig zieke patiënten worden aangevoerd, waardoor jou kans om behandeld te worden alleen maar afneemt. Je gaat de zaak wantrouwen.

Mijns inziens is er inderdaad reden de voortgaande immigratie te wantrouwen. Die is indertijd door het kabinet Den Uyl geïntroduceerd om de onderklasse te vergroten om zo een linkse meerderheid te creëren.  De PvdA heeft dus de immigratie toegestaan om de verhoudingen binnen de democratie bij te sturen in de door haar gewenste richting. Daarbij heeft men ook getracht beslissingen over immigratie zoveel mogelijk buiten het democratische speelveld te houden, bijvoorbeeld door verruiming van allerlei regels, niet tot inzet van verkiezingen te maken. De democratie op een ondemocratische wijze beïnvloeden, dat is wat er gebeurd is.

Wijnberg wil de filosoof zijn die met een Nietzscheaanse hamer Wilders aan gruzelementen slaat. Filosofie als palliatieve zorg, dat is wat Wijnberg in de aanbieding heeft. Naar oorzaken achter de pijn hoeft niet gezocht te worden. De vijandbeelden die je dan vindt, zijn slechts projecties van die pijn. Het drama van de multiculturele samenleving denkt Wijnberg zo filosofisch weg te poetsen.

Zoeken naar een zondebok

De hedendaagse kritiek op de multiculturele samenleving moet volgens PvdA’er René Cuperus in NRC (2 oktober 2009) zowel bestreden als begrepen worden. Daarmee lijkt Curperus te zeggen dat kritiek op de multiculturele samenleving gerechtvaardigd is. Dat blijkt evenwel niet zo te zijn. Kritiek op de multiculturele samenleving is volgens hem namelijk niets anders dan een afleidingsmanoeuvre: Het zoeken naar een zondebok.

Het werkelijke probleem zou – Curperus citeert rechtsfilosofe Dorien Pessers – ‘de razendsnelle modernisering, de permanente veranderingen in de arbeidssfeer, het tomeloze consumentisme, de commercialisering van het publieke domein en de prestatie- en afrekencultuur in het algemeen’ zijn, dat ‘mensen opgejaagd, gespannen en ongelukkig’ maakt. In die opsomming is de opkomst van de multiculturele samenleving zelf niet opgenomen. Dat is merkwaardig, want als er een proces is geweest dat razend snel om zich heen heef gegrepen en dat tot permanente verandering in de samenleving heeft geleid, dan is dat wel de verwording tot multiculturele samenleving geweest.

Vandaag de dag nog, slaagt de PvdA ‘denktank’ er dus nog steeds in een majeur maatschappelijk probleem, dat ze nota bene via beleid (of het achterwege blijven daarvan) zelf veroorzaakt hebben, te ontkennen. Wie zoekt er hier naar een zondebok?

Wat Spong zegt, past binnen mijn stelling

Naar aanleiding van Nova, 26 september 2009

Spong zegt (Website Volkskrant, 25 september 2009): ‘Meerdere gevluchte cliënten van me, leiden al jarenlang een comfortabel leven in het buitenland. Dat weet ik, want ik bezoek ze af en toe.’ Deze uitspraak past binnen mijn eerder gemaakte stelling dat meerdere criminelen met een Turks paspoort weinig in de weg staat om hun criminele activiteiten in Nederland te ontplooien, terwijl ze in Turkije een geriefelijke toekomst opbouwen.

Waarheidsvinding ondergesneeuwd in inmiddels antieke systeem van rechtspraak

Naar aanleiding van Nova, 23 september 2009

Het systeem van onafhankelijke rechtspraak is ouder dan de parlementaire democratie. Daarom wellicht dat er aan het systeem haken en ogen zitten die met name rechtspsychologen zoals Wagenaar en Van Koppen bekritiseren. Doordat rechters worden benoemd voor het leven, en omdat ze veel vrijheid hebben in welke gegevens ze in hun oordeel betrekken, leven ze in een soort ivoren toren. Juridische procedurekwesties krijgen daarbij dikwijls meer aandacht dan waarheidsvinding. Van waarheidsvinding, zo stelde, eveneens rechtspsycholoog, Crombach een poos geleden tijdens een lezing, hebben rechters dikwijls maar weinig kaas gegeten. Ze maken bijvoorbeeld fouten in hoe de inbreng van experts te wegen.

Jammer is dat Hirsch Ballin het voorstel om de kwaliteit van rechters te laten bewaken door rechters, bijvoorbeeld de hoge raad, afwijst. Hirsch Ballin toont zich daarmee pleitbezorger van het bestaande, inmiddels antieke systeem. Om het systeem te redden, ontrekt Hirsch Ballin verlofverzoeken aan het oordeel van de rechter. Daarmee breekt Hirsch Ballin feitelijk een stukje rechtsstaat af. Voortaan beslist enkel de gevangenisdirecteur. De kritiek van de kant van de gevangenisdirecteuren, dat zij hierdoor genoodzaakt zijn zich te verdiepen in de dossiers van gedetineerden, hetgeen tot stigmatisering van gedetineerden kan leiden, lijkt me terecht.

Ongenoemd is dat rechters wellicht moeite hebben met de listigheid van advocaten zoals in dit geval Spong. Eerder in NOVA deed Spong heel sterk een beroep op het feit dat het voormalige slachtoffer zelf koos om met Saban B. te trouwen. Dat komt in een rechtbank overtuigend over, omdat de hele rechtspraak is gebaseerd op de notie van handelen uit vrije wil. Tegenwoordig is evenwel bekend dat geweld binnen relaties de vrije wil van het slachtoffer behoorlijk kan corrumperen. Spong maakt dus gebruik van een verouderde opvatting over vrije wil die in het systeem van onafhankelijke rechtspraak als het ware ingebakken is. Op dit soort misverstanden hadden rechtspsychologen ook kunnen wijzen.

In de discussie gaat het er steeds over het feit dat Saban B. gevlucht is. Niemand heeft het er evenwel over dat hij waarschijnlijk naar Turkije gevlucht is, en dat Nederland geen uitleveringsverdrag heeft met Turkije. Misschien is dit, gemeten naar het aantal keren dat er van deze vluchtroute gebruik van wordt gemaakt, wel het grotere probleem.

Echter, als niemand het over dit probleem heeft, moet je daar dan als verslaggever ook maar over zwijgen? Ik denk van niet. Verslaggeving gaat immers over wat gezegd wordt, maar ook over wat niet gezegd wordt. Hoe kan een onderwerp waar je met een beetje boerenverstand toch over moet struikelen, buiten de parlementaire en politieke discussie blijven? In navolging van voetbaltrainer Louis Van Gaal had Ferry Mingelen zich kunnen afvragen: “Ben ik nu zo slim, of zijn jullie zo dom?” Maar misschien is Mingelen wel niet op het idee gekomen om die vraag te stellen.

Experiment goed genoeg voor burgers maar niet voor politici

Femke Halsema denkt erover haar kinderen naar een meer “witte” school over te plaatsen met als argument: “Ik zet kinderen niet op school als sociaal experiment.” Wouter Bos heeft zijn kinderen al naar een “witte” school verplaatst (zie reactie 14). In zekere zin komt dit begrijpelijk over. Voor je kinderen wil je immers het beste. Maar deze politici zijn wel leiders van politieke partijen, die de Nederlandse samenleving tientallen jaren hebben onderworpen aan het bedoelde sociale experiment. Betekent dit dat het sociale experiment met immigratie en islam goed genoeg is voor de gewone burgers, maar niet voor de elite die zich opwerpt deze burgers te leiden?

Trouwens,Femke Halsema zegt in De Pers dat ze als feministe moeite heeft met de hoofddoek. Dat is toch net weer iets anders, dan dat het er privé moeilijk mee heeft. Vraag is dan, of Femke Halsema de feministe los staat van Femke Halsema de GroenLinkser. Ik denk van niet.

Incidentele of gebruikelijke ontsnappingsmogelijkheid?

Naar aanleiding van Nova, 17 september 2009 

In de berichtgeving rond de ontsnapping van  Saban B. is duidelijk geworden dat Nederland geen uitleveringsverdrag heeft met Turkije. Dat betekent dat Turkse criminelen (met of zonder dubbele nationaliteit) die in Nederland hun misdaden plegen, in Turkije ongemoeid blijven. Mede gezien het grote aantal inwoners van Turkse komaf in Nederland, roept dit de vraag op of deze mogelijkheid om naar Turkije te ontsnappen,  als men in Nederland vervolgd wordt, slechts incidenteel gebruikt wordt, of dat deze ontsnappingmogelijkheid gebruikelijk is onder in Nederland opererende criminelen met een Turks paspoort?

Kosten voor herkomstlanden reden te meer om immigratie te beperken

Anil Ramdas vraagt zich in NRC (16 september 2009) af: Voor wie is migratie financieel het meest rendabel? Voor de landen van herkomst of aankomst? Misschien kunnen we de vraag beperken tot de immigratie naar Nederland. Daar gaat immers ook de maatschappelijke discussie over. Uit alle berekeningen die de ronde doen (Elseviers; Pieter Lakeman; rapport uit 2003) komt naar voren dat de immigratie voor Nederland per saldo verliesgevend is. Als Ramdas daar nog aan toevoegt, dat deze immigratie voor het land van herkomst eveneens verliesgevend is, dan is er reden des te meer, om van immigratie naar Nederland af te zien. Zou je de kosten en baten van Nederland en de herkomstlanden namelijk bij elkaar optellen, dan heeft dat tot gevolg dat aan de baten kant niets gebeurd (alle baten kwamen volgens Ramdas immers aan Nederland toe). De lasten nemen evenwel toe met bedrag x, te weten de lasten van de herkomstlanden. De balans valt dan alleen maar ongunstiger uit.

Verschillende openingstijden voor mannen en vrouwen

Naar aanleiding van Volkskrant, 11 september 2009 (niet meer via internet kunnen achtehalen)

Knap hoe Kluveld hier uit de doeken doet hoe integratiebeleid mensen gevangen houdt in hun eigen culturele en religieuze gemeenschap. Een kleine toevoeging wellicht: Het feit dat de openingstijden van beide loketten verschilden, heeft als consequentie dat de wachtkamer voor het vrouwenloket de facto waarschijnlijk niet gemengd was. Wethouder Rinda den Besten heeft het dus ook op dit punt anders willen voorstellen dan het was.

Immigratie uit partijbelang

‘Laat Drees nou maar aan de PvdA over.’ Zegt Wouter Bos in NOVA van 9 september 2009 Nou, dan wil ik er toch even erop wijzen dat Drees reeds in 1971 uit de PvdA is gestapt. Dit gebeurde toen Den Uyl een coalitie aanging met Nieuw Links. Volgens mij heeft Drees deze keuze weloverwogen en niet uit seniliteit gemaakt. Nu plusminus 40 jaar later zeg ik, als iemand die pas geboren is toen Drees al was uitgeregeerd, dat ik wel op de partij van Drees maar niet meer op de partij van Den Uyl zou kunnen stemmen. De huidige PvdA beschouw ik daarbij als nog steeds de partij van Dan Uyl. Het is dus onzin Drees maar aan een PvdA over te laten die hijzelf de rug heeft toegekeerd.

Met nieuw links koos Den Uyl voor naïviteit. Waar Drees een democraat was die andersdenkenden ten volle accepteerde, bestond bij Den Uyl en consorten de gedachte om met een progressieve meerderheid andersdenkenden buitenspel te zetten. Liefst voor eens en altijd. De gedachte leidt een onderhuids bestaan dat Den Uyl zo toegefelijk was met het toelaten van immigranten in Nederland, omdat dit een aanvulling van de onderklasse betekent die het ideaal van een structurele progressieve meerderheid wel eens waar zou  kunnen maken. Immigratie uit partijbelang dus. De PvdA is er overigens altijd zeer goed in geslaagd immigranten aan zich te binden.

De kwetsbaarheid van culturen

Naar aanleiding van Nova, 7 september 2009 

Het latijnse cultura stamt af van colere waarvan de eerst genoemde betekenis in mijn etymologisch woordenboek is: het land bebouwen. Veel cultuurwetenschappers denken dat ze een sociale wetenschap bestuderen, maar dat berust op een misverstand. Cultuur betekent in eerste instantie hoe mensen de wereld om hen heen bewerken, verzorgen, vormgeven. Toegegeven mensen doen dat in sociaal verband, en ook toegegeven mensen behoren zelf ook tot de wereld die ze bewerken, desalniettemin gaat cultuur om meer dan over de verhoudingen tussen mensen onderling.

Wanneer men zich bedenkt dat waarden en normen een belangrijke rol binnen een cultuur spelen, zou je ook van eco-nomie kunnen spreken: het op een uitgewogen manier (nomie) met de omgeving (eco) omgaan. Boze tongen beweren dat waarden over kwaliteit gaan, waar normen kwantiteit betreffen (of omgekeerd). Wie beide woorden evenwel nader beschouwd, zal moeten toegeven dat zowel waarden als normen over kwantiteit gaan. De waarde van een stuk antiek kun je bijvoorbeeld in euro’s uitdrukken. Ook de snelheidsmeter in uw auto geeft een bepaalde waarde aan. Het begrip norm specificeert welke waarde(n) onder bepaalde omstandigheden als wenselijk wordt beschouwd. Binnen de bebouwde kom mag je niet harder rijden dan 50 km per uur. Mensen die werken in de openbare sector mogen niet meer verdienen dan Balkenende.

In Franse wijnbouw nu, worden de waarden en normen door de klimaatsverandering flink door elkaar gehusseld. De streektypische oplossingen om goede wijn te maken, worden danig op de proef gesteld. Hier en daar zal dat best tot een geschikte nieuwe oplossing leiden. Grosso modo, zo is de voorspelling, zal de wijnbouwcultuur in Frankrijk toch te lijden hebben onder de klimaatsverandering. Over de kwetsbaarheid van culturen gesproken.

Is onzin over wetenschap wetenschappelijke onzin?

Naar aanleiding van Nova, 6 september 2009 

Fijn dat NOVA via de website het onderzoek ter beschikking stelt. Zo kun controleren of wel klopt wat in de media over dit onderzoek gezegd wordt. Het onderzoek is groot gebracht. Ik had er her en der al wat van gehoord, maar ik kon er geen koek van bakken. Met name vroeg ik me af hoe de onderzoeksresultaten zich verhouden met eerdere onderzoeken waaruit blijkt dat allochtonen, waaronder Marokkanen onevenredig sterk zijn vertegenwoordigd in criminaliteit. Nog voor de uitzending had ik het onderzoek doorgebladerd. Voor zover ik heb kunnen beoordelen is het een redelijk doortimmerd onderzoek. Ook met de hoekige zinnen die Gonneke Stevens in eerste instantie in de reportage uitspreekt is inhoudelijk niks mis. Maar dan concludeert de NOVA-verslaggever:

“Marokkanen stelen meer; Nederlanders verkrachten meer en plegen meer zinloos geweld en allerlei andere enge dingen.”

Ik dacht zeker dat Stevens zou zeggen dat het toch iets genuanceerder lag, maar nee, ze bevestigt deze conclusie helemaal:

“Als je het zo zou willen stellen , kun je het zo zeggen, ja.”

Of het gebrek aan media-ervaring was, ik weet het niet, maar Gonneke Stevens van de Universiteit van Utrecht had de conclusie van NOVA nooit op basis van haar onderzoek mogen bevestigen. En de NOVA redactie weet dat maar al te goed, gezien het feit dat ze zich in de inleiding genuanceerder uiten.  De NOVA verslaggevers dachten wellicht ‘zo die buit is binnen,’ en vluchten  vervolgens regelrecht de moskee in waar vier Marokkaanse jongens en één gesluierd Marokkaans meisje mochten uitleggen dat ze het altijd al zo begrepen hadden. Zo is meteen duidelijk hoe de vlag er bij Lieke Kwant en Hein Hansen bij hangt. Dat blijkt ook uit de conclusie waarmee de reportage afsluit: ‘Stelen is uiteindelijk iets Nederlands.’ Alsof je in Marokko weinig kans loopt bestolen te worden. Een willekeurige toerist weet wel beter.

Waar gaat het om? De getallen hebben geen betrekking op alle Nederlandse en Marokkaanse jongens maar enkel op Nederlandse en Marokkaanse jongens die in voorlopige hechtenis zijn gekomen. Nu komen er verhoudingsgewijs veel meer Marokkaanse dan Nederlandse jongens in voorlopige hechtenis. Hoeveel meer, heb ik in het onderzoek niet teruggevonden. Maar over jongeren die in Justitiële jeugdinrichtingen terechtkomen zegt het onderzoek het volgende:

“Ook bestond in de periode 1991-2003 twee derde van de gedetineerden in Justitiële Jeugdinrichtingen uit jongeren van wie één of beide ouders was geboren in een niet-westers land, terwijl het aandeel van deze jongeren in de leeftijdscategorie 12 tot 18 jaar in Nederland een vijfde is (Jaarrapport Integratie 2005).”

Uit deze zin is af te leiden dat allochtone jongeren een 10 keer grotere kans hebben om in een Justitiële jeugdinrichting terecht te komen dan autochtone jongeren (2 x 5 = 10).  Hoe de verhouding is tussen Marokkaanse en Nederlandse jongens die in voorlopige hechtenis zijn geweest, geeft het onderzoek geen uitsluitsel, maar als ik aanneem dat ook hier ook een factor 10  van toepassing is, dan worden  Marokkaanse jongens  5,8 x 10 / 16,2 =  3,6 keer zo vaak voor een zedendelict in voorlopige hechtenis genomen dan Nederlandse jongens in het algemeen. Dus, neem je een populatie van 1000 Marokkaanse en 1000 Nederlandse jongens, dan zullen Marokkaanse jongens 3,6 keer voor een zedendelict in voorlopige hechtenis worden genomen. In termen van de samenvatting van NOVA: Marokkanen stelen en verkrachten meer dan Nederlanders. Nogmaals of de verhoudingen werkelijk zo liggen, is uit het onderzoek niet op te maken.

Dit onderzoek zegt zelf een startpunt voor een discussie te willen zijn. Dan moet het toch wringen dat meteen de eerste dag al conclusies uit de feiten worden getrokken, die onterecht zijn. Als je dan als wetenschapper door foutieve uitspraken te beamen, bijdraagt aan deze misverstanden, dan moet je dat toch zo snel mogelijk ongedaan willen maken. Aan Gonneke Stevens adviseer k daarom een rectificatie naar NOVA te sturen zodat het misverstand daar uit de weg wordt geruimd waar het ontstaan is.

Aan de makers van de reportage wil ik zeggen dat zij er wat mij betreft niet wegkomen met het antwoord ‘ We hebben het toch aan een wetenschapper gevraagd en die beaamde de uitspraak.’ Als jullie het onderzoek hebben doorgelezen, moeten jullie geweten hebben dat jullie met jullie samenvatting onzin verkopen. En of een wetenschapper  die onzin beaamt of niet, onzin verkoop je niet aan je kijkers. Daarmee verstoot je namelijk aan de eerste zin van de NOVA code: ‘”NOVA streeft ernaar het nieuws en de achtergronden van het nieuws te brengen met een zo groot mogelijke nauwkeurigheid en precisie.”

Overigens heb ik een verklaring  die niet in het onderzoek genoemd is,voor het feit dat Marokkaanse preventief gehechte jongens uit gezinnen met een hogere sociaal economische status komen dan de Marokkaanse jongens uit de algemene bevolking. Als Gonneke Stevens of een van haar medeonderzoekers vanuit hun wetenschappelijke motivatie geïnteresseerd zijn in mijn stelling, kunnen ze daarover contact met mij opnemen. Mijn e-mailadres moet bij NOVA te achterhalen zijn.

Journalistieke missers in reportage over Tariq Ramadan

Naar aanleiding van Nova, 5 september 2009 

[1] “Veel” hoogleraren van de EUR zouden tegen het ontslag van Ramadan zijn. Nergens word duidelijk hoeveel. Ook is niet duidelijk hoeveel hoogleraren zich NIET tegen het ontslag keren. Hoeveel procent van de hoogleraren”is überhaupt komen opdagen op die bijeenkomst? Ik zou het graag willen weten, maar het wordt me niet verteld.

[2] Ramadan zou zich op BBC kritisch hebben uitgelaten jegens het regime in Iran met betrekking tot de reacties op de demonstraties. Presentator Tom Kleijn vraagt evenwel niet die uitspraken nog eens voor de kijkers van NOVA te herhalen, en bij de redactie is men blijkbaar ook niet op het idee gekomen die beelden alsnog op te rakelen. Dan zouden we als kijker een indruk krijgen hoe kritisch die uitlatingen van Ramadan al dan niet zijn.

[3] Kleijn vergat in zijn interview met Ramadan te melden dat de voorzitter van de EUR vertelde dat Ramadan hem heeft laten weten zo’n vier weken lang de discussie met de EUR niet aan te gaan. Dus: Er is een conflict. Vier weken lang wordt niet aan een oplossing gewerkt. Ondertussen heeft Ramadan alle gelegenheid reuring te maken via de media.

Het lijkt me terecht dat de EUR Ramadan niet eenzijdig de procedure laat bepalen hoe het conflict op te lossen. Door deze procedurekwesties in het gesprek met Ramadan niet aan de orde te stellen bood Kleijn aan deze de gelegenheid om te doen voorkomen dat de EUR niet tot een gesprek bereid was, terwijl het in feite Ramadan zelf was die voor een periode van vier weken een gesprek weigerde.

[4] De grootste blunder van de reportage was in mijn ogen dat Kleijn Ramadan ging verbeteren. Ramadan had het erover dat hij naar de rechter zou gaan om zijn eer te herstellen. Nu is eer in een moslimcontext een verdacht begrip in verband met eerwraak en zo. Kleijn corrigeerde Ramadan vervolgens door aan te dragen dat het behalve een zaak van eer ook een zaak van respect was. Kleijn hielp Ramadan dus aan zijn verdediging.

Nu is het niet mijn bedoeling om de dienstdoende presentator in een kwaad daglicht te zetten. Ik vind juist fijn als niet altijd gekozen wordt voor reeds bekende gezichten. Wel meen ik dat NOVA moeite heeft haar journalistieke standaarden te handhaven bij zo’n heetgebakerd onderwerp als de kwestie Ramadan.

Wat als gemeentegrenzen landsgrenzen zijn?

Zie Volkskrant 3 september 2009

Hoe zit dat nu als de drie Nederlandse gemeenten in de West worden overspoeld met vluchtelingen? Zijn we dan automatisch verplicht hen ook toe te laten op het vaste land van Nederland? Heeft iemand er überhaupt over nagedacht dat zoiets in de toekomst kan gebeuren? Of creëren we nu de problemen van morgen?Juist omdat het drie piepkleine gemeenten zijn, vraag ik me af of de grenzen van die gemeenten wel als landsgrenzen te controleren zijn.

PvdA trapt in haar eigen naïviteit

Naar aanleiding van Nova, 27 augustus 2009 

De PvdA zou duidelijker moeten zijn over welk ideaal ze nastreven, zegt wethouder Asscher. Over dat ideaal is de PvdA nu juist sinds jaar en dag duidelijk genoeg geweest: Ze wil een multiculturele samenleving. Hoe multicultureler hoe beter. Het gaat daarbij om integratie, ofwel aanpassing met behoud van identiteit. Zo’n initiatief als de As Siddieq school past perfect binnen deze multiculturele aanpak en is dan ook lange tijd door de PvdA toegejuicht en met subsidies gestimuleerd.

Nu zegt Asscher erin te zijn getrapt. Maar waar is de PvdA dan precies ingetrapt? Toch vooral in haar eigen naïviteit. Dat Asscher en Dijksma de problemen rond de As Siddieq school nu wil aanpakken, betekent niet meer en niet minder dat de PvdA zegt bereid te zijn de rommel op te ruimen die ze zelf gecreëerd heeft. Succes van de operatie is evenwel niet verzekerd, omdat met name staatsecretaris Sharon Dijksma daarbij kijkt alsof ze in eigen vlees moet snijden.

De pot verwijt de ketel totdat deze zwart ziet

Mccarthyisme, de heksenjachten, exorsisme, angsthazen en fanatici, opruiers van de twistzieke menigte, het zijn nogal wat krachttermen die Etty  in  het NRC uit de kast haalt om de mensen met wie ze van mening verschilt onderuit te  halen. Wil ze soms die meningsvrijheid van die mensen beperken. Niemand wil de boeken van Tariq Ramadan verbranden. Kritisch lezen, is wat mij betreft voldoende.

Om bij mezelf te blijven, mijn kritiek is op de eerste plaats inhoudelijk. Ik betoog dat Ramadan een veel te rooskleurig beeld geeft van de multiculturele samenleving als hij het hebben van meerdere identiteiten vanuit het individu bekijkt. Meerdere identiteiten is in dat geval een luxepositie omdat men steeds die identiteit kan kiezen die het beste uitkomt. Uiteindelijk gaat het om loyaliteit en die is minder deelbaar dan identiteit. Iemand heeft bijvoorbeeld een identiteit als werknemer en als huisvader. Geen probleem. Loyaliteit als werknemer en als huisvader is evenwel minder deelbaar. Daarover moet onderhandeld worden. Vakbonden bijvoorbeeld ontlenen aan die onderhandelingen over de verdeling van loyaliteit hun bestaansrecht. Ramadan doet het voorkomen dat  het samengaan van islam en verlichting helemaal niet tot loyaliteitsconflicten hoeven te leiden omdat het bij hem niet tot identiteitsconflicten leidt. Volgens mij is dit een drogreden. Uiteindelijk wil hij dat de wetenschap zich aanpast aan een islamitisch kader.

Mijn tweede punt van kritiek is dat de academische titel van Ramadan deel uitmaakt van een koppelverkoop. Zo wordt zijn politieke taak een aura van wetenschappelijkheid verleend. Dat is in mijn ogen geen wetenschap. Daar zou de wetenschap zich niet voor moeten lenen. Dat beide aspecten van de koppelverkoop  nu tegelijkertijd ongedaan worden gemaakt, is natuurlijk niet fraai, maar wel een consequentie van dat het om een koppelverkoop gaat. De koper van beide functies, de gemeente Rotterdam, trekt zich terug. Daarmee komen beide functies te vervallen.

Een derde punt van kritiek is dat de positie ten opzichte van de demonstraties in Iran wel erg terughoudend was. Alleen desgevraagd antwoord hij dat hervormingen in Iran een kwestie van zeer lange termijn zijn. De fraude bij de laatste verkiezingsuitslag beschouwd hij blijkbaar van ondergeschikt belang. Nou, ik niet.

Loyaliteit minder deelbaar dan identiteit

Naar aanleiding van Nova, 18 augustus 2009 

Ik herinner me een uitzending van Tegenlicht waar Tariq Ramadan wordt aanbevolen als een belangrijke nieuwe ontwikkeling binnen het multiculturele gedachtegoed. Een mens hoeft zich niet te beperken tot één identiteit. Hij kan er tegelijkertijd meerdere identiteiten hebben. Ramadan presenteert daarbij zichzelf als voorbeeld. Juist omdat hij meerdere identiteiten incorporeert, ziet hij zichzelf als bruggenbouwer tussen die verschillende identiteiten. Hij lijkt daarbij te veronderstellen dat die verschillende identiteiten binnen zijn persoon vreedzaam co-existeren. En als dat binnen zijn persoon kan, waarom dan niet in de samenleving buiten hem.

Het misverstand in deze gedachtegang ligt in het feit dat meerdere identiteiten in een persoon verenigd, dikwijls juist een luxepositie biedt, omdat de persoon in kwestie daardoor gemakkelijk conflicten kan omzeilen, door in iedere situatie die identiteit te verkiezen die op dat moment het beste uitkomt.

Het kroonprinselijke gezin is een uitstekend voorbeeld van deze strategie. Onlangs nog hebben ze, naast hun woning in Wassenaar, een riant onderkomen in Argentinië verworven. Zo kunnen ze op zijn Nederlands in Nederland en op zijn Argentijns in Argentinië leven. Is het in Nederland bijvoorbeeld te warm, dan kunnen ze afkoelen in Argentinië, zoals deze zomer is gebeurd. En als Nederland en Argentinië allebei niet uitkomt, dan kan het ook nog op zijn Afrikaans in Mozambique, waar ook een onderkomen wordt gerealiseerd.

Meerdere identiteiten kunnen dus tegen elkaar uitgespeeld worden op een manier die tot voordeel strekt van de drager van al die identiteiten. Voor de samenleving waarin dat individu verkeert, hoeft dit uitspelen van identiteiten evenwel geen voordeel te bieden. Bij de drugssmokkel bijvoorbeeld, strekt het uitspelen van verschillende identiteiten ook tot voordeel van de smokkelaar. Het gegeven dat allochtonen oververtegenwoordigd zijn in gevangenissen, is mede te verklaren uit de kansen die hun dubbele nationale identiteit hen in de drugssmokkel biedt. Ze zijn thuis in het drugs-producerende land, maar ook in het drugs-consumerende land.

In feite heeft iedereen meerdere identiteiten. Dat levert pas moeilijkheden op als de verschillende identiteiten tot loyaliteitsconflicten leiden. Volgens Ramadan stelt de vraag of je allereerst ‘moslim’ of ‘Nederlander’ bent twee loyaliteiten tegenover elkaar die niet tot hetzelfde niveau behoren. ‘Marokkaan’ en ‘Nederlander’ zijn wel identiteiten van hetzelfde niveau en kunnen daarom volgens Ramadan wel leiden tot loyaliteitsconflicten. Omdat de Islam de scheiding tussen kerk en staat niet erkent, valt evenwel te betwijfelen of ‘moslim’ en ‘Nederlander’ niet ook tot loyaliteitsconflicten kan leiden. Als verklaard ‘geëngageerd moslimgeleerde’ is in ieder geval duidelijk waar de loyaliteit van Ramadan zelf naar uitgaat.

Hoewel Ramadan in het interview met Nova naar aanleiding van zijn ontslag zich uitspreekt tegen geweld tegen betogers, blijft toch opmerkelijk dat Ramadan niet eerder inging op de demonstraties in Iran, noch vanuit zijn functie als hoogleraar/bruggenbouwer in Rotterdam, noch vanuit zijn functie van presentator voor PressTV. Desgevraagd stelt hij dat hervormingen in Iran een kwestie van zeer lange termijn zijn. Dit terwijl het al dan niet accepteren van een verkiezingsuitslag, in ieder geval voor de demonstranten in Iran, toch een urgente zaak is. Waar Ramadan dus had kunnen bewijzen dat hij zich niet identificeerde met het fundamentalistische en repressieve regime in Iran, heeft hij dat nagelaten. Door de gebeurtenissen in Iran, is dus duidelijk geworden hoe het nu eigenlijk zit met die loyaliteit van Ramadan. Zijn werkzaamheden voor PressTV hebben dit tastbaar gemaakt.

Verder valt er heel wat te vijven en zessen over wat Ramadan allemaal zegt. Zo noemt hij in zijn laatste opiniestuk in NRC Nederland als het enige land dat problemen met hem heeft, terwijl hij in datzelfde stuk meerdere landen opnoemt waar hij niet meer mag komen. Ook vergelijkt  hij in dat interview werken voor PressTV met werken voor de publieke omroep in Nederland. Alsof het niet uitmaakt dat Nederland een democratie is met vrijheid van meningsuiting en van godsdienst, terwijl Iran een islamitische dictatuur is waar meningsuiting levensgevaarlijk is. Verder neemt Ramadan het zijn werkgevers kwalijk dat ze niet persoonlijk met hem gesproken hebben voordat ze hem ontslagen hebben, terwijl hij bij het bekend worden van zijn werkzaamheden voor PressTV nog zei dat hij pas over een aantal weken in Rotterdam zou zijn, en dat hij dan wel op de kwestie zou reageren. Ook stelt hij dat we de situatie in Iran niet zo zwart-wit moeten zien, terwijl hijzelf de situatie in Nederland toch dermate zwart-wit ziet, dat in zijn ogen zelfs GroenLinks naar de pijpen van de PVV danst.

Onduidelijk blijft waarom de gemeente Rotterdam het traject met Ramadan überhaupt is aangegaan. Waarom de Islam van overheidswege propageren in een land  dat een scheiding tussen kerk en staat kent? En dan die bijgeleverde status als hoogleraar die het in de media zo goed doet. Als de Erasmus Universiteit al opportunistisch was bij het ontslag van Ramadan, dan toch zeker ook bij diens inauguratie.